donderdag 5 juni 2014

Michel Buylen, geen martelaar van het marterhaar

Michel Buylen, geen martelaar van het marterhaar

   


Kunstschilder Michel Buylen heeft een academische titel in de Franse taal- en letterkunde maar als schilder is hij een autodidact. Hoewel hij zichzelf omschrijft als een ‘wilde man’ , met lange haren en een voorliefde voor Jimi Hendrix, maakt hij verfijnde schilderijen die uitmunten door tederheid en  zin voor precisie.
Buylen werkt  bij voorkeur op klein formaat. Een portret (29 x 9 cm) , een zeelandschap (12 x 18 cm) of de afbeelding van eendje (8 x 13 cm) bewijzen hoe zijn meesterhand er telkens in  slaagt op een minimale ruimte een groots beeld te geven van de realiteit zoals hij die ervaart. Bij tentoonstellingen valt op hoezeer deze kleine werken door hun bijzondere zeggingskracht toch veel plaats innemen. Op  de Art Brussels tentoonstelling in 2013 werden ze op een 18de-eeuwse manier in een kabinet gepresenteerd zodat het een imposant geheel werd van subtiele individuele deeltjes.
In Galerie De Zwarte Panter  in Antwerpen worden Buylens werken meestal thematisch opgehangen in trossen van twee of drie, volgens poëtische associaties. Een afbeelding  van een vogeltje kan in de definitieve accrochage gepresenteerd worden naast een schilderij van een zwemster omdat er een overeenkomst is in de kleuren, terwijl de ranke lijn van een  lelie harmonieert met het horizontale van een rustende dame. Buylen voelde zich aanvankelijk niet aangetrokken tot het schilderen van bloemen maar op vraag van een Parijse  verzamelaarster maakt hij nu elk jaar een bloemschilderij en die verzameling heeft intussen  indrukwekkende proporties aangenomen. Dank zij zijn studie van de grootmeesters uit de Japanse schilderkunst slaagt hij erin bloemen telkens op een andere manier te zien. Een lelie kan geassocieerd worden met maagdelijkheid en de grote knop van de bloemen houdt een erotische belofte in , in combinatie met de waterdruppels die er een vleug van erotiek aan verlenen. Van het bloemscherm van een hortensia  schildert hij een veelheid ragfijne blaadjes met elk een aparte structuur waardoor ze aan ikebana doen denken. Buylen wil geen symbolische  of allegorische interpretatie aan zijn werken geven  maar houdt wel van het connotatieve. ‘Ik bezing een geconnoteerde realiteit waarvan het betekenisveld niet strikt genomen het referentiële is. Als een onderwerp mij aanstaat,  is het waarschijnlijk connotatief beladen.’, aldus de schilder.  Buylen noemt zich bewust geen hyperrealist of fotorealist omdat hij nooit de foto stricto sensu als het onderwerp beschouwt. Hij herkent zich veeleer in de woorden van professor Willem Elias die zijn werk neo-symbolistisch noemt. Zijn stijl heeft niets met hyperrealisme te maken, noch historisch noch stilistisch omdat van de waarneming  en niet van de foto vertrokken wordt. De fotografie is een hulpwetenschap. De aanleiding is steeds een denkproces waarin de wereld visueel doordacht wordt.  Bij deze zoektocht naar de mens en zijn omgeving kan een object of situatie niet betekenisloos blijven omdat zowel aan- als afwezigheid symboliserend werken.

De verfijnde wereld van de Japanse kunst is nooit ver af. Aan de muren van zijn woonkamer hangen zeezichten , die mij geïnspireerd  lijken op Hokusei.  Buylen geeft toe dat alle landschappen die hij schildert, ‘een Hokusei-filter passeren’. Wat hem aantrekt in de Japanse kunst is het niet-verhalende karakter van de zen schilderkunst die het vlietende leven wil weergeven. ‘Wij westerlingen hebben geen verhaal meer. We zijn god en de grote ideologieën kwijt. Historische gebeurtenissen worden door televisie , webcams e.d.  behandeld dus het onderwerpenveld wordt almaar kleiner. Ik heb me goed gedocumenteerd over Hokusei maar ook over ikebana. Omdat ook mijn werk niet-verhalend is, heb ik mijn grote voorbeeld gevonden in die zen-geïnspireerde landschappen. ‘, aldus Buylen.

Zijn marines zijn een plek van bevrijding en verbeelding. Over de breedte van het weliswaar kleine paneel komt een golf aanruisen die aan een tsunami lijkt vooraf te gaan. Het wateroppervlak is onheilspellend stil, de kracht van het water is zichtbaar in de groene kam en de rimpeling van de golf.  Met zijn penseel  stopt de schilder de beweging van die golf en projecteert hij er een imaginaire wereld in. In  ‘La Vaguelette et l’Horizon surpris’ zien we een horizon die zich in de beweging van de golf opbouwt.  In de golf zelf ontstaat een oneindig landschap en de zonnestraal die daar plots opvalt, is imaginair. In de zeegroene watermassa van ‘Le Vitrail algué’ leeft een microkosmos van wieren en andere organismen.  Het is uitnodigend om in deze tuin van de zee binnen te stappen. Zee en water worden vaak met het vrouwelijke geassocieerd zoals bij  Ondine, de badende vrouw of het zwemmend meisje met ver uitgestrekte armen die als een Ophelia op het water drijft.

Fotoshop is mijn schetsboek
‘Redder aan zee’ - een portret van een naakte vrouw aan de rand van het water -  is geen afbeelding van de realiteit maar een constructie. De naakte vrouw poseerde in het schildersatelier, heeft zich  onder de douche nat gemaakt en achter haar lichaam vol parelende druppels projecteert de kunstenaar het zeelandschap. Die zee moet kloppen met het licht dat op het naakt valt tot het volledig naturel is. Fotoshop noemt Michel Buylen ‘een geschenk van de goden’.  Toen die techniek nog niet bestond, verknipte en plakte hij  foto’s tot het collages of maquettes waren.  Fotoshop biedt nu de vrijheid om het onderwerp naar het schilderij toe te leiden en picturaal iets op te bouwen.

In zijn atelier ligt een paneel klaar waarop het volgende schilderij zal ontstaan.  Het paneel heeft twee lagen inlijmingen  gehad en zeven lagen gesso. Daarop wordt met de hand  een reflector aangebracht. Op de grondlaag –Buylen gebruikt de doodverftechniek van Vermeer – zal  een beeld geschilderd worden dat volledig bestaat uit een afgeleide van dezelfde kleur. Buylen tekent zo snel mogelijk met een wit potlood een eenvoudige aanzet, snel maar juist. Soms doorprikt hij zelfs een foto om te weten waar wat moet komen. Ditmaal is het onderwerp een naakte vrouw met roze handdoek. Buylen vertrekt van verschillende foto’s waarvan door fotoshop spiegelbeelden worden gemaakt. Ook de handspiegel komt erbij te pas om de realiteit op een andere manier te zien en om de fouten door de spiegeling te herkennen. ‘God is in the detail’, zegt hij. Alles moet kloppen.

Buylen is een veelgevraagd schilder voor het maken van portretten. Daarbij gaat het hem erom de persoon in kwestie af te beelden in al zijn menselijkheid en niet in zijn functie. Het portret dat hij maakte van een bekend bankier toont de man niet  als bankdirecteur maar vooral als mens. Door een detail in het werk als een slecht gestreken kraagje , typeert hij hem als een man die niet thuis woont maar in hotels waar de hemden machinaal gestreken worden. Via die kraag kan hij zijn kwetsbaarheid tonen ondanks de Franse grandeur die de man in zich draagt. ‘In die directeur huist poëzie maar je moet die zoeken en vinden.’ De Franse dichter Baudelaire heeft gezegd: ‘ Ja wij zijn poëtisch met onze hoge hoeden’.
Buylens werk is bipolair: enerzijds  is het een oeuvre dat zich op de mens focust met portretten en naakten. Zijn voorkeur gaat uit naar deze thema’s omdat zij universeel en waarachtig zijn.  Naakt poseren vergt een groot humanistisch vertrouwen vanwege het model naar de schilder  toe. De weg die afgelegd wordt tussen model en kunstenaar boeit hem enorm. Samen maken zij het werk. ‘Een meisje van zestien schilderen,   is het moeilijkste dat er bestaat. Het gezicht is nog niet gesmeed door het karakter en het lichaam is als een bloem die staat te prijken in zijn pracht en glorie. Ik houd niet van de esthetiek van het lelijke. Daarom is Breughel voor mij een belangrijker schilder dan Bosch hoewel beide genieën zijn.’, beweert Buylen.  Het is voor hem zeer moeilijk om het schone te schilderen en daar nog iets aan toe te voegen.  ‘In de geschiedenis van de mensheid zijn het die werken die de allergrootste ooit zijn: de Eva van Van Eyck, de Venus van Boticelli , de vrouwen van Khnopff, dit zijn de allermoeilijkste opdrachten voor een schilder.’
Anderzijds is het een persoonlijke spiegel die de schilder ons van de natuur voorhoudt. Zijn oog koos net dat ene detail uit de zeerimpeling of uit het lichaam van een vrouw en zijn schildershand vergroot het voor ons uit tot een nieuw poëtisch gegeven. ‘Uit alle vensters zie ik alleen oneindigheid’, schreef Baudelaire. Die oneindigheid is terug te vinden in de verre horizonten van Buylens werken waar mens en natuur een symbiotisch geheel vormen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten