Het Centraal Sation in Antwerpen, dat tot de mooiste
stationsgebouwen van de wereld behoort, mocht dank zij Gerda Mentens en haar
man de locatie zijn waar onze AIB-schilders
een dag lang konden neerstrijken. En dat deden ze ook. Met meer dan
veertig plantten ze hun ezels of tafeltjes neer aan de perrons, de aankomsthal
of beneden in de vernieuwde ruimtes. Voor ieder was er wel iets dat hem of haar
zinde : de drukte van de reizigers, een stille bedelaar op een bankje, de
imposante zuilen met gouden uurwerk en guirlandes, een flashmob van
taichi-dansers of het in-en uitlopen van klanten in het levendige stationscafé.
Aan inspiratie geen gebrek.
Voor mij een mooie gelegenheid om een praatje te maken met
oude en nieuwe leden. Voor Tine Baerts die sinds vorig jaar lid is, was het
haar tweede workshop met AIB. Zij is jarenlang leerkracht tekenen geweest en is
graficus van opleiding. Maar nu wil ze de nieuwe wegen van de aquarel
exploreren en waar kan dat beter dan bij ons, durven we in alle bescheidenheid
opwerpen? Met nog maar twee jaar ervaring waagt ze zich nu aan het licht en de
lucht die doorheen de ramen van de overkapping valt.
De meer ervaren Ludo Van den Heuvel zit aan het begin van de
perrons en schildert met zekere hand in een kleurrijk palet de aankomende en
vertrekkende reizigers. Snelle schetsen helpen hem om houdingen te typeren en
het kantwerk van het gebouw wil hij vereenvoudigen. ’s Avonds in de bespreking
krijgt deze aquarel als commentaar dat hij de zomer in het station heeft
binnengehaald met zijn stralende, felle kleuren.
Arlette Bories, die door omstandigheden lang niet heeft
geaquarelleerd wil met viltstift enkele snelle schetsen maken. Ik kreeg het
gevoel dat ‘onze Antwerpenaren’ er allemaal wilden bijzijn, nu ‘hun’ station de
loctaie was. Ook Marie-Claire kwam haar steun betuigen met haar sappige
verhalen en haar stralende lach. Een jonge AIB’ster is Roumy Bakalova. Zij wil
in haar werk diepte en perspectief brengen van de aankomende mensen. Een moeilijk
onderwerp voor haar omdat ze geen buitenschilder is maar de drukte en de
bewegingen van de mensen vindt ze fascinerend. “Mensen passeren snel en het
vraagt oefening om de houdingen in je hoofd op te nemen. Ik wil met een paar
lijntjes aangeven of het een man of een vrouw is, oud of jong.”, aldus Roumy.
Het groepje van Rita , Betty, Mieke, Marleen en Erna krijgt
bezoek van enkele enthousiaste Aziatische meisjes die er een ware fotoshoot van
maken. Ze nemen Rita haar penseel uit handen en poseren alsof zij de schilders
zijn, tot groot jolijt van de anderen. Erna heeft zich een bijzondere opgave
gesteld: in haar aquarel wil ze sporen nalaten van het Antwerps dialect en met
een hamer en kleine ijzeren staafjes klopt ze een voor een typische
uitdrukkingen in haar blad. In de holtes van de reliëfletters moet achteraf het
pigment terechtkomen. Benieuwd hoe dat er straks zal uitzien!
Emiel Van Tongeren is een onregelmatige workshopklant. Hij
werkt veel met acryl omdat die techniek fellere kleuren toelaat. Nu probeert
hij een soortgelijk resultaat in aquarel te verkrijgen en in de bespreking zal
achteraf blijken dat hij er goed in geslaagd is. Het overwegend grijze gebouw
heeft felle rode en gele kleurbanen gekregen. Er zit veel perspectief in en een
afwisseling tussen de parallelle lijnen en bogen. Een van onze architecten
Dominique Reintjens laat het gebouw op hem inwerken en deinst niet terug voor
de moeilijke klus. Ook hem fascineren de kleurencombinaties.
Beneden in de hal tref ik Trix en Catherine De Ryck aan,
zusterlijk naast elkaar op een bankje. Ze zullen er de hele dag doorbrengen,
met veel geduld werkend aan de lijnen, ornamenten en trappen van het gebouw.
Catherine krijgt als jongste lid ’s avonds applaus voor haar prestatie maar
toch ook de wenk om het figuratieve los te laten en minder te laten zien hoe
goed ze kan tekenen. Martine en Eliane hebben een plek uitgekozen waar zij van
bovenaf neerkijken op de inkomhal en waar zij in grijzen en blauwen mooi de
sfeer van de statige hal weergeven. In het stationscafé zitten Sonja Engelen en
Remi Geens te werken. Het is er druk en er hangt die typische sfeer: hoge
plafonds, stemmen en keukengeluiden die weergalmen, een penetrante geur van
koolsoep …. Het werk van Remi getuigt van een sterke compositie met een doorbraak
van perspectivisch beeld naar de figuren toe.
De man die ik in de loop van de dag niet kan terugvinden is
Xavier. Hij is ‘gesignaleerd’ in de omgeving van het station, dus ik ben er
gerust in dat er ’s avonds iets moois op de tafel zal liggen. En dat is ook zo.
Als laatste werk bij de bespreking komt zijn zicht op het gebouw, met een
rijtje Antwerpse stadsfietsen links op het blad. Alleen maar lof voor deze
‘bouquet final’ van de avond.
De bespreking wordt gedaan door Gerda Mentens en haar
collega Liesbeth Nauwelaerts. Als haringen in een tonnetje – aldus Joost –
luisteren alle aanwezigen gespannen naar de opbouwende commentaar. Enkele tips:
-
Sterke accenten leggen om de grijswaarden te
doorbreken.
-
Een groot formaat biedt meer mogelijkheden en
geeft een werk ruimte om te ademen.
-
Bij fout perspectief: letten op de ooghoogte en
de voethoogte. De ooghoogte moet dezelfde zijn, de voethoogte moet veranderen.
-
Als je op een perron staat, kan je niet boven op
een trein kijken.
-
Wie sfeer kan scheppen, maakt een goed werk.
-
Iemand die heel goed kan tekenen, moet dat
tekenen loslaten . Dan pas ga je schilderen. Vertrouw erop en leer in vlakken
te zien.
-
Er moet eenheid in een werk zitten. Geen vlakken
die niet samenhangen. De elementen mogen niet te los aan elkaar hangen.
-
Angst is een slechte raadgever.
-
Wie een fout maakt, moet die zo groot maken dat
ze niet meer opvalt.
-
Bij aquarel vind je weinig echte coloristen.
Durf te experimenteren met kleur! Laat kleurvlakken overlappen.
-
Als je denkt aan stoppen, is het al te laat.
Neem afstand van je werk, loop eens rond en bekijk het opnieuw.
Er is weer een mooie workshop achter de rug. Wanneer je een
dag doorbrengt op een plek waar je normaal snel in en uit loopt, zie je welk
een verscheidenheid aan mensen daar
passeert en hoezeer mensen anders reageren op wat ze zien. Maar vooral hoe onze
schilders de dingen op zo’n dag totaal anders bekijken, de ene illustratief, de
ander poëtisch of zelfs surrealistisch.
En iedere keer overvalt me weer een groot gevoel van
dankbaarheid om al die schilders te mogen kennen en deel te mogen uitmaken van
die grote aquarelfamilie.
Bruni Mortier